Vanmorgen hoorde ik op de radio een kamerlid zeggen dat “Het natuurlijk heel kwetsbaar is om belangrijk inlichtingenwerk te laten verrichten door één persoon of poppetje. Wat nu als deze persoon wegvalt? Die kennis moet je natuurlijk veel beter organiseren.” Het ging om het mogelijk missen van cruciale informatie over mensen die aanslagen voorbereiden.
Nou is dat vrij gebruikelijk hoor, bij de overheid: dat kennis eigenlijk hoofdzakelijk in de hoofden van mensen zit en dat er wel informatie in systemen valt te vinden, maar nou juist niet de zo broodnodige verbinding tussen dossiers, kennis van zaken en specifieke situaties. In Corsa of Decos gaan immers geen lampjes branden als iets jarenlang duurt, vergelijkbare situaties zich al eerder hebben voorgedaan of onconventionele oplossingen voor het grijpen liggen.
Dáár heb je namelijk mensen voor nodig. Goede mensen, die inhoudelijke kennis van dossiers combineren met gezond verstand en van wanten weten. Die durven te acteren. Bij veel van mijn opdrachtgevers zit veel kennis over specifieke materie bij één of slechts enkele mensen van de organisatie. Die hebben inderdaad een kennis-monopolie. Gaat of valt zo’n iemand weg, dan kan het zomaar jaren duren, voordat die kennis weer is opgebouwd. En dat vindt vrijwel elke manager normaal.
Want de(r)gelijke kennis vind je niet in de systemen. Die kan je daarin zelfs vaak niet goed kwijt.
Een paar jaar geleden hoorde ik van diezelfde politici precies het tegenovergestelde: “De overheid moet niet zo bureaucratisch doen en slagvaardig opereren. We hebben kleine teams nodig die snel kunnen inspelen op de actualiteit.” Dat was natuurlijk een mooie smoes om vooral te kunnen bezuinigen op ambtenaren. Ook dat vond iedereen eigenlijk onontkoombaar. En om dat allemaal te organiseren, waren er wel weer meer managers nodig.
Kennis en kunde verdween en nog meer managers kwamen.
En ondertussen verwachten wij wonderen van onze ambtenaren: 0% foutenmarge. Want anders is het land te klein! Het wordt tijd dat we eens realistisch worden: we leven niet in het land van Ooit. We kunnen die aanslagen maar zeer beperkt voorkomen. Maar ook dat we weer eens wat meer vertrouwen gaan geven aan de mensen die voor ons werken, voor het algemeen belang: ambtenaren.
PS: op de foto’s zie je echte ambtenaren. Vakmensen die met hart en ziel werken. Voor ons.